Periode 8


Wij herkennen het meest aan datgene wat we zien. Wat we horen en voelen komt op een tweede plaats. Waar ik mee speel deze periode is het spelen met zintuiglijke waarnemingen. Hetgeen dat je ziet, is maar één deel van wat er zich in deze kamer afspeelt. Hetgeen dat je hoort moet in verband staan met hetgeen dat je ziet.

Mijn ultieme idee van een kunstwerk is een omgeving waarin iemand zich bevindt waar alle zintuiglijke waarnemingen in harmonie staan tot elkaar. Een ruimte waar het geluid communiceert met de vormen, kleuren, en dit communiceert ook weer met de sfeer die er is. 

 De suis die je hoort uit de kamer ernaast komt past bij het zachtjes op en neer gaan van de 'vloer'. Dit past weer bij de serene sfeer die er in het lokaal hangt.

Je loopt door een soort pad, dat iets onder dij hoogte opgehangen is. Het idee is dat je ogen nu meer gefocust zijn op de elementen in de kamer. Je kan niet alles zien, een deel is donker, maar je bevindt je er wel in. Een balans tussen het in en buiten de kamer zijn.




 


 
















Ik ben hier bezig met het ophangen van buizen die tegen elkaar aan stoten, zodat er een lange gons in de kamer blijft hangen. De buizen blijven lang in beweging en komen af en toe met elkaar in aanraking. De willekeurigheid van dit gegeven vind ik boeiend, het is niet vastgelegd. Alsof het een eigen wil heeft. Het lijkt geen begin en eind te hebben.





Foto's van de kruipgang onder onze school. Dit ter inspiratie van het project.